Archive for juli, 2013

h1

Stigma

31/07/2013

Mijn hoofd zit vol gedachten, flarden van zinnen, mooie woorden en associaties. Iedere dag levert weer nieuwe beelden, verhalen en gedachtes op. Iedere dag dwarrelen ze langzaam naar beneden. Indrukken bezinken, scherpe randjes slijten, informatie blijft soms hangen of zakt ver weg.
Maar geef me een woord en er vormen zich automatisch verbanden en verhalen. Via Twitter vroeg ik om woorden om mij op weg te helpen, de eerste is van @nandajansen37: ‘stigma’.

Stigma. Het eerste wat in mij opkomt zijn de verhalen over oude heiligen met stigmata: wonden en littekens die verschijnen op handen en voeten, zoals Jezus die zou hebben opgelopen bij zijn kruisiging. Hoewel mijn leraar geschiedenis er wel subtiel bij vermeldde dat het vaak ging om wonden midden op de hand, net zoals op de kruisbeelden. Terwijl was aangetoond dat in de praktijk waarschijnlijk door de polsen heen werd genageld: dan blijf je namelijk beter hangen.
In ieder geval waren het littekens met een positieve waarde: de dragers stegen er mee in aanzien en het leverde soms zelf een heiligenstatus op.

Maar het stigma van nu heeft een negatieve lading, een soort van stempeltje op je voorhoofd dat maakt dat je minder, anders bent.

stigma
Toevallig was ik gisteren op bezoek bij Totem. Een werkplaats en atelier in Zeist waar mensen mooie dingen maken van alle soorten materialen. Er wordt geboord, gehakt, geschilderd, geboetseerd en glas gesneden. Er wordt koffie gedronken, gerookt, gegrapt en gepraat.
Maar iedereen bij Totem heeft een verhaal, een heftig verhaal. Een verhaal dat vertelt van zorgen, ellende, tegenslag, verkeerde keuzes, verkeerde vrienden. Van opnames om greep te krijgen op de chaos in het hoofd of het misbruik van drugs en alcohol. Of allebei. Totem helpt hen om weer positieve grip te krijgen op het leven, om mooie dingen te maken en vooral om te voelen dat je van waarde bent. Voor jezelf en voor anderen.

“If what people thought of you, what you thought of yourself and who you really are ever met, the three of you wouldn’t recognize each other.”

Ik kan natuurlijk heel filosofisch worden en iets zeggen over hoe ik denk dat een ander denkt over hoe ik over mezelf denk. Of zo. Maar in plaats daarvan ga ik eindelijk de afspraak maken met Nanda om eens samen een kopje koffie te drinken en echt kennis te maken.
Want een stigma is inderdaad een teken, maar dan van onwetendheid en onbekendheid. En daar kan ik op mijn manier iets aan te doen.

h1

Hekjes

21/07/2013

Een vijver in een nieuwbouwwijk: moet daar een hekje om? Kennelijk van sommige ouders wel hoorde ik laatst.
Op de fiets met een helm op. Speeltuintjes met rubbertegels. Plastic scheppen. Kant en klare speeltenten.

Als ik dat soort verhalen hoor dan denk ik aan vroeger en hoe ik speelde in de bouw achter ons huis. In het zand vol spijkers, klimmen op steigers, voorzichtig lopend over vloeren met gaten erin. Er stond geen hek om, we maakten niets stuk en namen niets mee. (Nou ja, daar werden we mee teruggestuurd. Spijkers zoeken mocht maar als er nog een doosje omheen zat ging dat mijn ouders te ver. Desondanks vermoed ik dat mijn vader zo’n 45 jaar na dato nog steeds spijkers in de garage heeft liggen die wij sprokkelden in de bouw.)

de bouw

We bouwden hutten op zolder van wasrekken en oude gordijnen. Organiseerden wedstrijden op de step. Rosten rond met een oude wandelwagen. Zochten scherven van plantenpotten om mee te krijten op straat.

Aan de overkant van de straat begonnen de weilanden. Met overal sloten en slootjes. We visten erin, we plukten bloemen, sprongen over het water, klommen over het sluisje en dat eindigde hooguit in een stinkend nat pak.

Ik fietste als zesjarige alleen naar school en stak daarbij een voor die tijd drukke weg over.
Iets ouder ging ik alleen naar zwemles, naar gymnastiek, naar korfbal, hockey en blokfluitles. Ik kan me niet heugen dat mijn ouders meegingen, behalve bij de incidentele uitvoering.

En ik overleefde. Zonder blijvende schade maar wel met heel veel leuke herinneringen.

h1

Familiekwesties

18/07/2013

capucijners

Mijn familie is niet zo heel erg groot. Vroeger kon ik klasgenootjes schokken met het feit dat ik welgeteld één nichtje had. En inderdaad geen neefjes. Daarentegen had ik als tienjarige nog wel een overgrootmoeder, twee oma’s en twee opa’s en dat was dan wel weer bovengemiddeld. Qua generaties scoren we goed maar in de breedte wat minder.

Zowel mijn nichtje als ik hebben kinderen, ik al iets langer dan zij. Afgelopen zondag kwamen we elkaar weer eens tegen bij de verjaardag van haar moeder en mijn tante. Haar jongste dochters speelden met mijn zoon. Hun oma’s zijn zussen en waarschijnlijk zijn ze dus achterneef en -nichtjes van elkaar.

Niet geheel onlogisch spraken wij over familietrekjes. Qua nature zit er rood haar in ons deel van de familie: mijn moeder, mijn nichtje en haar dochter. Qua nurture valt vooral ons aangeleerde eetgedrag op. Of eigenlijk dat wat we niet hebben leren eten.

Mijn opa was namelijk vrij kieskeurig in wat hij wel en niet lustte en mijn oma voegde zich daarnaar. Het gevolg was dat met name veel soorten groenten geboycot werden en onze moeders volgden die lijn.
Zowel mijn moeder als mijn tante hanteren de praktische insteek dat je de dingen die je zelf niet lekker vindt ook niet op tafel zet. Of zoals mijn moeder het verwoordt: “Ik ga zoiets toch zeker niet bedenken, kopen, klaarmaken én opeten? Dat is vier keer ‘lijden’.”
Zo kwam er bij ons vooral sla, doppertjes, sperziebonen, tomaat, komkommer en bietjes op tafel. En zuurkool en boerenkool. En soms spinazie. A la creme.
Maar zeker geen ui, knoflook, rode of andere kool, andijvie, bloemkool, tuinbonen of spruitjes. Kapucijners wel toen we die een keer bij kennissen hadden geproefd. Maar dan wel uit blik.

Pas jaren later zag ik op kwekerij Zuidbos paarse peulen hangen. Het bleken kapucijners en ik had me nooit gerealiseerd dan ze a) zo groeien en b) zo verschrikkelijk lekker zijn. Daar zag en proefde ik ook voor het eerst raapstelen.
De man in de doorzonwoning houdt wel van al die verschillende groentes gelukkig, alleen over de portiegrootten willen we nog wel eens discussie hebben. En mijn kinderen zijn gelukkig ook wat minder kieskeurig geworden. Sommige familietrekje moet je ook niet koste wat kost willen bewaren.

h1

De leercurve van een kip

15/07/2013

Het gaat goed met ons kuiken, dank u. Het groeit met de dag en slaapt al enige tijd samen met moeder op de hoge stok. Achterstevoren en nog klem onder moeders vleugel tegen het vallen.

Image 15-07-13 at 21.58
Of het een haantje is of een hennetje blijft nog even de vraag. We hopen op het laatste want dat betekent dat we geen lastige keuze hoeven te maken. Er zijn een hoop discussies in de doorzonwoning maar dat twee hanen teveel van het goede is, daar zijn we het geheel over eens.

Intussen leert de kleine er iedere dag weer wat bij. Gisteren scharrelde het hele stel bij de buurvrouw toen ik wat voer strooide. Twee kippen en een haan stonden al snel te foerageren aan onze kant van het hek. Het kuiken was niet te zien maar wel te horen, een hoog gepiep kwam achter de struiken vandaan. Opeens zag ik een koppie door het gaas: uiterst verbaasd dat het niet meer zoals een paar dagen eerder erdoor kon stappen. Ook een tweede keer niet. Of een derde keer.

Uiteindelijk kwam zijn moeder hem halen. Of haar natuurlijk. Weer wat geleerd.

foto

h1

Niet alleen

10/07/2013

Lang geleden gaf ik mij op om vrijwilligerswerk te doen en dat bracht mij bij een oudere dame waar ik nu al bijna negen jaar iedere zondagochtend bij op de koffie kom.
In die loop der jaren is de relatie hechter geworden, ook omdat haar man overleden is, ze geen kinderen heeft en verder weinig familie. Ze is wat wij thuis zijn gaan noemen: ‘mijn bejaarde’ en is nu negentig jaar oud.

Een paar jaar terug heb ik haar beloofd om alles te regelen als zij komt te overlijden. Formeel is dat onlangs keurig vastgelegd bij de notaris. Voor de begrafenis had ik Mieke al eens gevraagd of het bedrag wat er was gereserveerd voldoende was en of mijn bejaarde op het Stille Hofje zou mogen komen te liggen. Op allebei de vragen was het antwoord gelukkig ‘ja’. Mieke is  dorpsgenote, uitvaartonderneemster en betrokken bij het beheer van onze plaatselijke begraafplaats.

Afgelopen week zijn we samen bij de oude dame op bezoek geweest zodat Mieke alvast weet wat haar wensen zijn.

Het vertrouwen dat ik heb in Mieke is weer eens bevestigd. Met de juiste toon, de juiste vragen en de juiste suggesties heeft ze ons allebei het gevoel gegeven dat alles straks goed komt. ‘Mijn bejaarde’ weet dat ze thuis kan blijven of zo snel mogelijk thuis gebracht wordt – zo min mogelijk ziekenhuis, daar heeft ze in haar leven al genoeg in gelegen. Dat de muziek gedraaid wordt waar ze zo van houdt, de juiste tekst op de kaart komt en zelfs de dominee komt binnenkort bij haar langs voor een praatje.

En ik, ik weet nu dat ik het straks niet alleen hoef te doen en dat is nu al een pak van mijn hart. Meer dan ik had gedacht.
Een gesprek waarvan ik dacht dat het vooral voor ‘mijn bejaarde’ zou zijn blijkt voor mij al minstens zo waardevol.

Mieke: dank je wel. Voor wat je al gedaan hebt en nog voor ons gaat doen. Later.

schaduwen